5 May 2025
Steeds meer werknemers ruilen hun salariswagen in voor een alternatief loonvoordeel. Een groeiend aantal gebruikt daarbij het federale mobiliteitsbudget om hun woonlening of huur te betalen. Hoe werkt dat?
Het mobiliteitsbudget in België wordt steeds populairder. Sinds de versoepelingen in 2024 kunnen werknemers hun budget niet alleen besteden aan duurzame mobiliteit, maar ook aan het financieren van hun huur of hypotheek. De overheid verduidelijkte recent bijkomende regels in een reeks richtlijnen, die extra duidelijkheid moeten scheppen in complexe situaties zoals samenwonen, thuiswerk en verbouwingen.
Een cruciale voorwaarde is dat huisvestingskosten als keuzemogelijkheid zijn opgenomen in het mobiliteitsbudget dat de werkgever aanbiedt. Is dat het geval, dan mag dat gebruikt worden voor de interesten en kapitaalaflossingen van een hypothecaire lening of voor de huurkosten, op voorwaarde dat de werknemer in vogelvlucht binnen een straal van 10 kilometer van de normale werkplek woont. Belangrijk om weten: wanneer een werknemer meer dan 50 procent van zijn arbeidstijd thuis werkt, dan wordt zijn woonplaats beschouwd als de normale werkplek.
Daardoor mag het mobiliteitsbudget ook worden ingezet voor huisvestingskosten, zelfs als de thuiswerkende werknemer bijvoorbeeld op 25 kilometer van het kantoor of bedrijf woont. Daarnaast kunnen ook de interesten van een lening voor verbouwingswerken met het mobiliteitsbudget worden betaald, zolang het eveneens gaat om de eigen woning die binnen dezelfde afstandsgrens ligt.
Daarnaast zijn er enkele belangrijke verduidelijkingen toegevoegd aan de regelgeving. Zo geldt voor samenwonende koppels dat wanneer beide partners eigenaar of huurder zijn van de woning, ieder zijn of haar eigen deel van de woonkosten via het mobiliteitsbudget mag financieren, op voorwaarde dat ze beiden werknemer zijn en in aanmerking komen.
Let op! Het is niet mogelijk om huurgelden en interesten en kapitaalsaflossingen van hypothecaire leningen twee keer volledig te financieren met een mobiliteitsbudget. Wanneer de woonplaats van de werknemer ook wordt gebruikt voor de huisvesting van niet-gezinsleden, dan mag het mobiliteitsbudget enkel worden gebruikt voor de financiering van de kosten voor de huisvesting van zijn gezin.
Niet alle woonkosten komen in aanmerking voor financiering via het mobiliteitsbudget. Bepaalde uitgaven zijn expliciet uitgesloten. Zo mogen nutsvoorzieningen zoals water, gas of elektriciteit niet met het mobiliteitsbudget worden betaald. Ook gemeenschappelijke lasten bovenop de huurprijs, zoals kosten voor liftonderhoud of de syndicus, vallen buiten de regeling.
Ook de huur van een mobiel tuinkantoor of de interesten en kapitaalsaflossingen van een hypothecaire lening die specifiek werd aangegaan voor de aankoop of het bouwen van een (mobiel) tuinkantoor zijn geen huisvestingskosten die kunnen worden verrekend via het mobiliteitsbudget.