
14 October 2025
Wanneer de eerste koude zich laat voelen, duikt in veel Belgische huishoudens dezelfde vraag weer op: moet men alle kamers verwarmen, zelfs diegene die dicht blijven? Tussen de angst voor een stijgende energiefactuur en de vrees om het interieur te beschadigen, vermengt het debat intussen ecologisch wonen, gezondheid van de woning en strategieën voor energiebesparing.
In België is de trend naar “gericht verwarmen” sterker geworden sinds de energiecrisis van 2022. Volgens de Belgische Federatie van Brandstofhandelaars (Brafco) zijn de gas- en elektriciteitsprijzen sinds hun piek in 2023 wel licht gedaald, maar blijven ze ongeveer 20 % hoger dan voor de crisis. Gevolg: steeds meer huishoudens passen een gedifferentieerde verwarmingsstrategie toe — enkel 19 à 20 °C in de ruimtes die echt worden gebruikt.
Uit een enquête van Brugel, de Brusselse energieregulator, blijkt dat bijna 56 % van de huishoudens sinds 2024 hun algemene thermostaat hebben verlaagd of kamer per kamer thermostatische kranen hebben geïnstalleerd. Vooral oude of slecht geïsoleerde woningen zijn gevoelig voor deze praktijk, omdat langdurige kou daar leidt tot condensatie en schimmelvorming, vooral in slecht geventileerde zones.
Belgische verwarmingsspecialisten zijn het erover eens: de verwarming volledig uitschakelen in een gesloten kamer is af te raden, zeker tussen oktober en maart. Beter is het om een basistemperatuur van 14 tot 16 °C te behouden om extreme temperatuurschommelingen te vermijden. Dat beperkt:
Het WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwwezen) raadt ook aan om zichtbare vochtsporen op te volgen en dagelijks minimaal te verluchten. In recente woningen met hoge energieprestatie (EPB A of B) is dit risico minder groot dankzij systemen van gecontroleerde mechanische ventilatie (CMV).
De gewestelijke overheden moedigen enkele eenvoudige gewoontes aan die al door veel gezinnen worden toegepast:

ADOBESTOCK
Volgens de Société wallonne du logement (SWL) kan een woning met slimme regeling tot 18 % besparen op het jaarlijkse verwarmingsbudget.
Naast comfort dragen deze gewoontes ook bij aan de collectieve inspanning om de uitstoot te verminderen. In 2025 zijn residentiële gebouwen nog steeds goed voor ongeveer 30 % van het totale energieverbruik in België. De Gewesten zetten daarom in op thermische renovatie en verantwoord huishoudelijk gedrag om de Europese klimaatdoelstellingen te halen.
Tegen 2030 wil Wallonië het energieverbruik in de residentiële sector met 36 % verminderen, en Brussel heeft sinds januari 2025 al de verplichting ingevoerd om programmeerbare thermostaten te installeren in elke nieuwe woning.
Uiteindelijk blijft matiging de sleutel: minder verwarmen, maar de kamers nooit laten bevriezen. Een gezonde woning is een woning die getemperd en geventileerd is. Gericht verwarmen is geen ontbering, maar een slimme aanpassing aan het werkelijke gebruik. Door aandachtig te kijken naar hoe de woning reageert, kan iedereen het juiste evenwicht vinden tussen comfort, besparing en behoud van het interieur.