Maken zonnepanelen nog het mooie weer?
Je eigen groene stroom produceren met behulp van zonne-energie is een goed idee. Maar is het ook in 2021 nog wel zo’n goed idee? We zetten de voordelen, de premies en de rentabiliteit in de drie landsgedeelten op een rij. Want inderdaad, de zon schijnt in het noorden niet op dezelfde manier als in het zuiden of in Brussel!
Een investering voor jezelf en de toekomst
Zonne-energie krijgt minder steun dan enkele jaren geleden, of beter gezegd: het gaat om een ander soort steun. Maar, laat ons duidelijk zijn, je hoeft er geen rekenmachine bij te nemen om te weten dat het een rendabele investering blijft, waar in België je ook woont. Daar zijn drie redenen voor:
- De terugverdientijd van een nieuwe installatie bedraagt vandaag gemiddeld 10 jaar. Bovendien profiteer je rechtstreeks van de elektriciteit die je zelf produceert. Je schroeft met andere woorden een geweldig goede spaarrekening op je dak.
- De subsidies nemen af, maar tegelijk is de prijs van een installatie sterk gedaald. Je ‘return on investment’ blijft dus interessant en komt vrij snel.
- De energieprijzen stijgen vaak op lange termijn, en schommelen sterk op korte termijn. Door zelf een groot deel van je energie te produceren, beperk je de gevolgen voor je eigen elektriciteitsrekening.
- Investeer je in zonnepanelen, dan creëer je sowieso een meerwaarde voor je woning in geval van verkoop.
Wie doet wat in 2021?
In Wallonië verandert er niets ten opzichte van 2020, en in Brussel krijg je net iets minder groenestroomcertificaten voor een nieuwe installatie. De belangrijkste wijziging is er in Vlaanderen, waar een nieuw tariefsysteem werd ingevoerd. Tijd voor details!
In Vlaanderen
Op 1 januari 2021 werd in Vlaanderen een nieuw soort tarief ingevoerd dat afhankelijk is van de elektriciteit die je ‘injecteert’ in het elektriciteitsnet. Met andere woorden: je krijgt geld voor de elektriciteit die je zelf niet verbruikt. Het systeem moedigt je min of meer aan om een zo groot mogelijk aandeel van de opgewekte energie zelf te verbruiken. De prijs die je krijgt voor je energie ligt immers net iets lager dan de prijs die je zelf betaalt. Het precieze bedrag dat je krijgt per kWh hangt af van je elektriciteitsleverancier. Bijkomend is er een eenmalige premie van maximaal 1500 € bij installatie van de zonnepanelen. Je moet dan wel een digitale meter laten installeren, ook wel slimme meter genoemd. Alle info vind je hier.
In Wallonië
Sinds oktober 2020 is in Wallonië het prosumententarief van kracht. Het idee is dat eigenaars van zonnepanelen een vergoeding betalen voor het gebruik van het netwerk (gemiddeld 450 euro per jaar). Om de overgang naar dit nieuwe systeem geleidelijk te laten verlopen, wordt dit tarief gelukkig 100% gecompenseerd in 2021 (terugbetaald door je netbeheerder). In 2022 en 2023 is dat nog 54,27%. Vanaf 2024 wordt het tarief niet langer gecompenseerd, maar kan je de overtollig geproduceerde elektriciteit gaan doorverkopen. Er zijn bovendien twee bijkomende premies: één voor de installatie van een dubbele debietmeter en één voor de installatie van meet- en regelapparatuur. Kortom, alles bij elkaar mag je een jaarlijks rendement verwachten van +/- 8%! Meer info vind je op energie.wallonie.
In Brussel
In onze hoofdstad draaien de elektriciteitsmeters sinds 2020 niet langer terug. Sinds begin 2021 is ook het aantal groenestroomcertificaten voor nieuwe installaties verminderd en werd ook de digitale meter verplicht. Toch blijft het de investering waard. Een aantal premies en steunmaatregelen voor het opwekken van groene energie blijven van kracht. Genoeg om de toekomst positief tegemoet te zien.